Het is allemaal de schuld van Paul en Thijs. Vorig jaar kochten zij allebei espressomachines, van die flinke degelijke apparaten zoals je ze ook in een goed café ziet. Op mijn aanrecht stond nog steeds een Krups Nespresso apparaat, het goedkoopste model dat met kerst bijna gratis in je handen wordt geduwd om je maar aan die cups verslaafd te krijgen.
Tijdens een gezamenlijk weekendje Parijs kreeg ik van beide heren continu te horen dat ik als koffieverslaafde mijn mannelijkheid zo ongeveer mocht inleveren, omdat ik nog steeds die stomme cups dronk. Echte espresso komt voort uit met zorg geselecteerde, versgemalen bonen, die door bekwame handen worden aangedrukt om vervolgens onder optimale temperatuur en druk met de perfecte hoeveelheid water blablabla…
Dat lijkt voor buitenstaanders een vrij onzinnige discussie om te voeren, maar ik ben nogal beïnvloedbaar – en dat weten ze. Het idee dat ik iets minderwaardigs bezit, terwijl hoge klasse eigenlijk binnen handbereik is, bezorgt me meteen slapeloze nachten.
En zo zat ik opeens wekenlang mezelf in te lezen op espressomachines. Heat exchangers, E61 drukgroepen, boilers van messing, digitale PID’s, allemaal dingen waarvan ik nooit wist dat ik ze wou hebben maar waarvan het nu volledig zeker was dat mijn leven niet compleet zou zijn zonder. En toen ik midden in de nacht de specs van een Vibiemme Domobar Super zat door te bladeren, om die het liefst te combineren met een Mazzer Super Jolly maler, en dan ook nog een hele lijst aan andere accessoires verzameld had die absoluut nodig waren om een lekkere espresso te zetten… realiseerde ik me dat we het over meer dan 3000 euro aan gear hadden.
Eén reality check later ging ik op zoek naar een machine die beter bij mijn budget past.
Aan de onderkant van de – volgens online puristen – lijst aan acceptabele espressomachines zit de Gaggia Classic. Deze machine, ontworpen in 1991 en sindsdien eigenlijk onveranderd, is een halfautomaat en kwalitatief goed maar zo kaal als het maar kan. Waar een volautomaat met één druk op de knop voor jou de bonen maalt en een kopje koffie zet moet je met een halfautomaat zelf de bonen malen, afmeten, aanstampen, in de machine zetten en de juiste hoeveelheid water erdoorheen laten lopen. De Classic doet ook niks voor jou om dat enigszins makkelijker te maken. De allergoedkoopste acceptabele optie, die meestal voor net onder de 300 euro te verkrijgen is. Hmmm. 300 euro is nog steeds niet echt goedkoop eigenlijk. Ik hou inderdaad zielsveel van koffie, maar is het me dat wel waard? Gelukkig hebben we marktplaats. Een weekje jagen later werd een bod van 75 euro geaccepteerd en was ik de bezitter van een tweedehandse Classic!
Maar ik was er nog niet. Met de Gaggia kun je al espresso zetten, maar als je dat met voorgemalen bonen doet had je net zo goed bij de Nespresso cups kunnen blijven. Want de puristen zeggen: bonen moeten vers gemalen worden en meteen gebruikt om geen smaak te verliezen. Gelukkig kon ik tegelijkertijd van een forumgenoot zijn oude, maar degelijke, maler overnemen. Top, want malers zijn net zo duur als (of zelf nog duurder dan) de espressomachines! Voor een vriendenprijsje was ik een Demoka M203 rijker en kon ik aan de slag.
Helaas is goedkoop nog wel eens duurkoop. Na een paar eerste testkopjes te zetten besloot ik de Gaggia eens grondig schoon te maken. De buitenkant was geen probleem, de binnenkant daarentegen… Met een schroevendraaier en een imbus-sleuteltje trek je zonder moeite de kop waar het water uit komt van het apparaat en kun je zien wat erachter verscholen ligt. Ik wist dat daar best wel veel kalk- en koffieresten te vinden zouden zijn, dat is normaal, maar wat ik niet had verwacht was dat het aluminium half weggevroten was.
Ieuw. Ieuw, ieuw, ieuw, ieuw, IEUW. Daar had ik dus al koffie uit gedronken. Waarschijnlijk was dit onderdeel in de afgelopen 10 jaar nog nooit schoongemaakt. Ik deed nog een laatste poging, maar het werd al snel duidelijk dat dit een verloren zaak was. De oude onderdelen gingen richting de vuilnisbak en een snel tripje naar de lokale espressomachine-boer later had ik een aantal nieuwe, zware, messing onderdelen gekocht die nooit zouden vergaan. Onderdelen die natuurlijk weer een stuk duurder waren dan de normale aluminium reserve-onderdelen.
So far, so good. Maar een schone machine en een maler zijn nog maar het beginpunt van deze queeste voor het perfecte kopje espresso. In een volgende blogpost zal ik jullie verblijden met alle andere accessoires die gekocht moesten worden, alleen maar omdat Paul en Thijs het niet konden laten om me te pesten over mijn Nespresso apparaat. Thanks guys. Mijn bankrekening haat jullie 😀